|
bron: "de geloofsboekjes".
(Een uitgave van het bisdom Breda)
DE EUCHARISTIE
De
viering van de maaltijd van de Heer wordt vaak de viering van de
eucharistie genoemd. De apostel Paulus en het evangelie van Lucas
gebruiken in hun bericht over het laatste avondmaal het Griekse
werkwoord eucharistein: dank zeggen. Eucharistie betekent dus
dankzegging.
In de overlevering die Paulus
doorgeeft in de Korintebrief staat: ‘dat de Heer Jezus [..] brood nam en
na gedankt te hebben, het brak en zei: Dit is mijn Lichaam voor u [..]
zo ook na de maaltijd de beker’ (1 Kor. 11, 23-27). Bij Lucas (Lc. 22,
19) wordt geschreven dat Jezus brood nam, een dankgebed uitsprak, het
brak en het gaf met de woorden: Dit is mijn Lichaam, dat voor u gegeven
wordt.
In het grote dankgebed van de
eucharistie danken wij God voor zijn heilsdaden, in het bijzonder voor
de menswording van Gods Zoon, zijn leven te midden van de mensen, zijn
sterven aan het kruis en zijn opstanding uit de dood.
Paasmysterie
Jezus hield met de apostelen
in Jeruzalem het laatste avondmaal. Het jaarlijkse Joodse paasfeest was
op komst: ‘Het paasfeest was op handen. Jezus, die wist dat zijn uur
gekomen was om uit deze wereld over te gaan naar de Vader, en die de
zijnen in de wereld bemind had gaf hun een bewijs van zijn liefde tot
het uiterste toe’ (Joh. 13, 1).
Het Joodse paasfeest gedenkt
de bevrijding van het volk uit de slavernij van Egypte. Zoals het volk
van God in de tijd van Mozes aan de vooravond stond van de uittocht door
de Rode Zee naar het beloofde land (Ex. 12-14), zo staat Jezus bij het
avondmaal aan de vooravond van zijn tocht door de dood aan het kruis
naar het leven, de overtocht naar zijn Vader. In de eucharistie gedenkt
de Kerk Christus’ kruisdood en verrijzenis. ‘De eucharistie is bij
uitstek het sacrament van het paasgeheim’ (paus Johannes Paulus II).
Gedenken
Jezus zegt: ‘Doet dit tot mijn
gedachtenis’ (1 Kor. 11, 24). ‘Gedenken’ houdt niet in dat we in de
eucharistie alleen met een herinnering bezig zijn uit het verleden.
‘Gedenken’ betekent dat we Christus opnieuw in ons midden ontmoeten en
ontvangen, hier en nu.
De kruisdood en opstanding van
Christus hebben
verlossing
bewerkt. De verlossing door zijn overwinning op de dood -eens en voor
altijd- wordt in de viering van de eucharistie voor ons in het heden
geplaatst, present gesteld.
In de viering van de
eucharistie worden wij door Christus met elkaar verbonden en wordt de
gemeenschap van de Kerk door Jezus zelf opgebouwd (communio).
Offer en Maaltijd
In de eucharistie gedenkt de
Kerk enerzijds het sterven van Christus aan het kruis: ‘de Heer gaf een
bewijs van zijn liefde tot het uiterste toe’. In de viering van de
eucharistie wordt zo het kruisoffer van Christus present gesteld.
Anderzijds is er sprake van
maaltijd houden: ‘Telkens als gij dit brood eet en de beker drinkt,
verkondigt gij de dood des Heren, totdat Hij komt’ (1 Kor. 11, 26).
De gekruisigde en verrezen
Heer is onze gastheer en tegelijkertijd ons voedsel. Daarom wordt in de
eucharistie niet alleen gesproken van tafel (maaltijd), maar ook van
altaar (offer). Door onze deelname aan de eucharistie worden wij
verbonden met de opgestane Heer en krijgen wij deel aan zijn overwinning
op de dood. Wij krijgen deel aan zijn leven.
‘In de eucharistie komt de
Heer de mens tegemoet en is reisgezel van de mens’ (paus Benedictus XVI).
|
maakt
deel uit van
|